Op weg naar Raul Marin Balmaceda
- On 15 feb, 2019
- By Michelle
We volgen de rivier de Palena op weg naar Raul Marin Balmaceda, een afgelegen dorp aan de fjorden van Chile. Het is een historische route, langs de oude boerderijen van de eerste pioniers die rond 1930 in zelfgemaakte instabiele bootjes, met slechts een bijl en peddels aan boord vanaf het eiland Chiloe de zee op gingen. Zo ontstond eerst het dorp Balmaceda. Vanuit Balmaceda peddelden ze de rivier de Palena op, op zoek naar land in de vallei. De rivier bleef ruim 50 jaar voor Balmaceda de enige manier om de bewoonde wereld te bereiken, een heel gedoe dus om per bootje vee, bouwmaterialen en voedsel te vervoeren.
Wij volgen de rivier stroomafwaarts en zien onderweg dat er een flinke stroomversnelling is daar waar de Palena en de Correntoso bij elkaar komen. De pioniers moesten echter stroomopwaarts peddelen, en op het moment dat zij de stroomversnelling bereikten waren zij al weken onderweg. Een nachtmerrie voor de vermoeide peddelaars die ook meegesleurde bomen en andere obstakels moesten zien te ontwijken
De weg is een kunststukje in gravel, uitgehakt in een ondoordringbaar zompig regenwoud met veel verschillende bomen, bamboe en rotspartijen. Daartussen groeien manshoog prachtige varens en de enorme bladeren van de nalca, een uit de kluiten gewassen familielid van onze rabarber. We passeren veel bruggen over snelstromende zijtakken van de rivier, een kletterende waterval en zien in de verte de besneeuwde top van vulkaan Melimoyu.
In deze regio regent het vaak en veel, wel 4000 mm per jaar, waardoor het hier zo sappig groen is.
Aan het eind van de 70 km lange weg, is een pontje die je in 5 minuten naar de overkant brengt. Ongelooflijk luxe natuurlijk in vergelijking met alle ontberingen die de eerste bewoners van dit dorp moesten doorstaan.
Het langdurig isolement van de 400 inwoners is nog steeds voelbaar in de slaperige sfeer die er in het dorp hangt. De huizen zijn kriskras gebouwd langs zandpaden, dichtbij het bos en de duinen. Via een smal zandpad tussen de hoge witte wuivende pluimen van pampagras bereiken we uiteindelijk het strand.
We wanen ons Robinson Crusoe in dit ongerepte paradijs, waar we helemaal in ons eentje een paar dagen bivakkeren. Nou ja, niet helemaal alleen, want regelmatig duikelen groepjes dolfijnen voorbij. De zee gaat uiteindelijk over in de grote oceaan, waardoor hier af en toe ook blauwe walvissen worden gezien.