Blog

On the road again….

We zijn op weg naar de Baskische kust in Spanje en maken een tussenstop in het Frans Baskische Saint Jean de Luz. We bivakkeren langs de kade waar stoere kottertjes uit-en binnenvaren en genieten onder de platanen bij bar “de walvis” van kraakverse oesters en dikke zeeslakken.

De walvisvaart is gelukkig verleden tijd maar de visserij is nog springlevend. Er is een visafslag waar de viskotters aanmeren en al eeuwenlang met kratten vis en schelpdieren wordt gesjouwd. Er zal zo dichtbij de grens met Spanje ook vast wel iets anders zijn meegesmokkeld in het ruim en altijd lagen er piraten op de loer. Op de kade waar de netten liggen te drogen hebben dus ooit enorme walvissen gelegen. Dat moet een bloederige toestand zijn geweest. Nu is er een loods vol vissige souvenirs, ansjovis, sardientjes, heek en tonijn in blik en glazen potten vol vissoep en ander lekkers.

De statige panden aan het strand in de beschutte baai hebben bloedrood geschilderde luiken, een balkon en een houten bruggetje naar de kade. Als bij springvloed de golven over de kade slaan, heeft men alleen in het souterrain natte voeten.

 

 

Het stadje heeft een beroemde  inwoner gehad. Niemand minder dan de Franse zonnekoning Lodewijk de 14e had er een huis waar hij een maand voor zijn huwelijk met Maria Theresa van Spanje, samen met zijn hofhouding verbleef. Het huwelijk vond plaats in het bescheiden kerkje Jean Baptiste uit de 15e eeuw. In het kerkje met de houten balustrades hangen zeeschepen aan de balken en bidt men nog steeds voor een behouden vaart.

En als je denkt , wat doet Peter daar toch tussen dat drijfhout: hij vindt er een stok die ervoor zorgt dat onze tafel- in afwachting van een nieuwe tafelpoot – niet steeds naar beneden komt.

TRANSLATE