Blog

Mist-erieus

Van het Noordoosten rijden we aan het eind van de middag naar het centrum van het eiland, naar het Nationaal Park De Garajonay. De berg Garajonay is de hoogste piek van het eiland (1487 meter), maar we willen nu geen piek beklimmen maar dwalen in het mysterieuze laurierbos. Met 4000 hectare, neemt het Nationaal Park ruim 10 % van het eiland in beslag en in een stukje van deze groene long willen wij op adem komen. Het is niet gemakkelijk om er een plek te vinden waar je mag overnachten maar in El Cedro is het toegestaan. De weg er naar toe is bochtig en gaat langs uitzichtpunten waar we niets van kunnen zien, want alles is in nevelen gehuld. Al gauw rijden we door een bos van magere, bemoste stammen die als lange slierten zeewier om ons heen kronkelen. Door de nevel en de donkerte verwacht je zwarte katten met oplichtende ogen en schimmige figuren gehuld in donkere capes, niks niet sprookjesbos, meer een beklemmend gevoel van harige tentakels om je heen. We parkeren bij een soort bezoekerscentrum, maar alles is uitgestorven. Het is koud, druilerig en donker, dus doen we de gordijnen dicht en maken het binnen gezellig.

Het klimaat van la Gomera wordt beïnvloed door passaatwinden uit het noordoosten die de temperatuur afkoelen. Wolken die tegen de hoge bergen blijven hangen zorgen voor een ideale luchtvochtigheid voor het altijd groene dak van het eiland. De aard van het laurierbos verschilt per hoogtegraad en rondom El Cedro lijkt het nog het meest op een druipend regenwoud van weelderig natte varens en mossen op beendikke takken. De mossen kruipen langs de grillige stammen omhoog of hangen als lange baarden tussen het gebladerte, je zou het bos kunnen kammen zo harig is het. Nevel golft tussen de takken, de boomtoppen ruisen zachtjes in de wind en onder ons gorgelt een stroompje tussen de varens. Overdag is het een sprookjesbos, zo groen dat je vanzelf dieper gaat ademhalen.

We passeren een kapelletje, meanderen heel ontspannen door het bos,  stijgen en dalen, en moeten echt goed kijken om tussen alle tinten groen van de mirte, de laurier, de varens, de hulst, de klaver en al de planten waar ik de naam niet van ken, een toefje kleur te ontdekken. En dan komt het eerste huis van El Chaco in zicht, met een heerlijke moestuin en is ons huis op wielen ook niet ver meer.

TRANSLATE