Blog

Kuitenbijtertjes

Van de ene krater trekken we naar de andere, meer en meer het binnenland in. De weg van het oosten naar het midden op de kaart kent geen enkel recht stukje maar slingert met haarspeldbochten om heel veel pieken heen. Dat hebben we geweten. Als je denkt hoger en steiler kunnen we niet meer zien we voorbij de bocht weer nieuwe toppen die zich tussen ons en Cruz de Tejada bevinden. De uitzichten zijn natuurlijk fantastisch maar eerlijk gezegd ben ik niet relaxed genoeg om genietend om me heen te kijken. Regelmatig houd ik mijn adem in, hopend dat we de steile klim kunnen maken, maar de Kar geeft geen krimp en jakkert dapper weer zo’n berg op. Opgelucht na drie uur ingespannen rijden bereiken we Cruz op 1500 meter hoogte. Vanaf hier kijk je in de enorme krater van Tejada en dalen nog twee slingerende wegen om bergen en door kloven naar het zuid- en noordoosten van het eiland.

Het berggehuchtje bestaat uit niet meer dan een paar restaurantjes, eentje waar je ook kunt logeren en een prachtige Parador. In de restaurants staan stoofpotten met lam en konijn op de kaart, stevige kost voor wandelaars en Canariërs die hier in het weekeinde komen lunchen en genieten van het uitzicht. Langs de kant van de weg staan een aantal marktkramen met brood, kaas, fruit en lokale breisels die je tijdens de wandelingen warm en op de been houden.

De enorme krater van Tejada is ontstaan toen verschillende oervulkanen instortten, waarvan de toppen boven de lege magmakamer inzakten. Gedurende miljoenen jaren spoelde regenwater het puin weg, alleen kraterpijpen van hard basalt steken nog boven het keteldal uit. Roque Bentaya is zo’n markant rotsplateau dat met een hoogte van 1400 meter boven de kloven en omliggende bergruggen piekt. Hierop zouden vroeger offers zijn gebracht aan de goden, dichter bij de hemel kun je hier haast niet komen. De andere opvallende basaltpiek is de Roque Nubio met daar bovenop een rij geërodeerde rotsen die met een beetje verbeelding lijken op een kikker, een monnik en een wolk. Meestal ligt deze piek als een soort schip in de wolken, maar soms kun je achter Roque Nubio de 4000 meter hoge Teide van Tenerife zien liggen.

Vanuit Cruz en omgeving bewandelen we de komende dagen verschillende paden die als een halve cirkel om deze reusachtige krater heen liggen. Roque Nubio en soms ook Roque Bentaya kunnen we zo van verschillende kanten bewonderen. We gaan via dennenbossen en manshoge brem die aarzelend tot bloei komt maar straks de bergen knalgeel kleurt en zoetig geurt naar eh nou ja naar brem… Grote pollen wolfsmelk hebben het op de rotsige bodem heel erg naar hun zin en geven de bergen een groengele stoppelige waas.

We wandelen langs akkers op weg naar het dorp Tejada, passeren kleine finca’s met bomen vol citroenen. Langs de paden groeien vetplanten waar ik altijd een beetje hebberig van word maar die ik natuurlijk braaf laat staan. En overal staan de amandelbomen nu voluit in bloei.

We gaan over hoge bergkammen, rusten uit bij geërodeerde uitkijkpunten, lopen met ons hoofd in de wolken en turen in de verte naar de steeds vagere contouren  van heel veel blauwe bergen die opgaan in een net zo blauwe lucht. Wolkenluchten trekken ons steeds verder de leegte in. Met vermoeide benen maar een hart vol verwondering komen we voldaan thuis bij de Kar om de volgende ochtend weer opgewekt de veters te strikken voor een volgende tocht.

De laatste wandeling klimmen we naar Roque Nubio om vanaf 1800 meter eens goed om ons heen te kijken. De kikker, de monnik en de wolk zijn van dichtbij toch veel imposanter dan je verwacht en het uitzicht is om stil van te worden zo mooi. Met heel wat kilometers in de benen is het tijd voor een beetje rust, dus pakken we ons boeltje op en dalen we via zo’n prachtige kronkelige weg naar het zuidoosten.

TRANSLATE