Blog

Coconut highway

Met mijn voeten in poederig wit zand, mijn huid en haar plakkerig van het zout, tuur ik in de verte naar een wazig blauwe streep aan de horizon. Daarvoor rolt een turquoise laken me tegemoet, de witte zoom bolt op en slaat ruisend neer, roept, duik er toch lekker onder. Maar ik blijf nog even zitten en geniet van het geraas van de rollende golven, een terugkerend hypnotiserend geluid dat me ‘s avonds al vroeg in slaapt wiegt en ‘s ochtends weer vroeg uit bed lokt.

Als ik ‘s ochtends met het schepje een duin op klim voor een wc onder de kokospalmen met een fantastische uitzicht, voel ik mijn voetzolen branden, het is nog geen 7 uur en het zand is al schroeiend heet. Dan snel huppend nog een stuk over het hete strand voor een verkoelende duik in de zee. De golven zijn woest en volgen elkaar snel op. Ik blijf het liefst in de branding, de onderstroom sleurt me richting zee en werpt me even later weer op het strand, het heeft geen zin me schrap te zetten, beter meedeinen in die bruisende centrifuge en daarna een kilo zand uit mijn broekje spoelen. 

We ontbijten iedere ochtend met een voedzame mix van in kokosyoghurt gewelde havermout, twee zoete kleine banaantjes en een scheutje maracuja- sap. Daarmee houden we het gemakkelijk vol tot aan de lunch, het meest feestelijke moment van de dag. 300 meter verderop is een barraca, een eenvoudige houten hut met een terrasje onder een overkapping van gedroogde palmbladeren, waar we kunnen kiezen uit gegrilde kreeft, krab, gefrituurde sprotjes, een heleboel visjes en stoofpotjes van schelpdieren. Een koud biertje erbij en het geluk is compleet.

We staan in het zand vlak aan zee op een opgang tussen twee lage duintjes onder de kokospalmen, een verlaten plekje, doordeweeks. We blijven er drie heerlijke dagen lang en vertrekken vlak voor het weekend als we horen dat de oprit dan wordt gebruikt door bewoners met hun squads. Dit rustige plekje op Massarandupió beach is zo heerlijk dat we ons nu al voornemen er ooit weer terug te komen.

TRANSLATE