Blog

Betreden op eigen risico

Help, denk ik als ik mezelf opvouw in het voorste deel van het gammele karretje dat ons strakjes naar beneden ratelt, diep een goudmijn in. We zijn vlakbij Ouro Preto in de Minas da Passagem mijn. De mijn dateert uit de 18e eeuw en is een van de grootste hand gegraven mijnen ter wereld.
Terwijl wij rammelend de diepte en de donkerte induiken, passeren wij vele tunnels en galerijen voordat wij op 120 meter onder de grond uit het karretje stappen.
Ik ga er maar vanuit dat wij straks weer heelhuids boven de grond komen maar dat was destijds natuurlijk helemaal niet zo zeker. Dag in dag uit met een hamer en houweel in keiharde lagen ijzererts en kwarts bikkelen, jezelf door nauwe gangen wringen, met stof dat je de adem beneemt, het lawaai van pneumatische hamers, giftige gassen die de gangen kunnen vullen, sjouwen met stenen tot je erbij neervalt, verdwalen in het donkere gangenstelsel, de luide knal van ontploffend dynamiet en altijd de angst voor instorting, het moet hier de hel op aarde  zijn geweest.
Slaafgemaakten werden ingezet om het zwaarste werk te doen, zoals het handmatig graven van de tunnels, en het verwijderen van de erts en gesteente. Ook kinderen werden ingezet, zowel onder als boven de grond. Een duistere periode in de Braziliaanse geschiedenis die duurde tot 13 mei 1888 toen met de “gouden wet” de slavernij in Brazilië werd afgeschaft.
Goud wordt vaak gevonden in kwartsaders die door gesteente- lagen lopen. Daar waar de kwartslaag het dikst is, en de kans op goud het grootst, zijn de meeste stenen weg gehamerd. Klompjes goud vind je niet, vaak zit het goud in zeer kleine deeltjes als stof verspreid in het kwarts en het raakvlak met de ijzererts. Het is flink bikkelen voor een pietsie goud. Uit 1000 kilo naar boven gesleept gesteente werd gemiddeld maar 6 gram goud gevonden.
We zien buizen die gebruikt zijn om het grondwater weg te pompen. Op een gegeven moment kwam het kwarts steeds dieper te liggen en kon het grondwater niet meer worden weggepompt, de reden waarom de mijn in 1985 is gesloten.
Het ijzerhoudende giftige grondwater vormt nu een ondergronds meertje met water dat zo helder is dat je je gemakkelijk in de diepte vergist. Sommigen laten zich met een duikuitrusting in het water zakken dat wel 8 meter diep is. Waarschijnlijk zijn onder water de diepere kwartsaders zichtbaar.
In de mijn is een altaartje dat toegewijd is aan Sint Barbara, die verantwoordelijk is voor regen, donder en bliksem en de beschermheilige is van de mijnwerkers. Ik hoop dat zij enige hoop, troost en bescherming heeft kunnen bieden aan de mannen die hier moesten werken.
De lippenstiften op het tafeltje ernaast zijn achtergelaten door toeristen, hopend op een goede huid, mooie lippen of iets dergelijks, want St Barbara is ook de heilige die gaat over fysieke schoonheid.
Het bezoek aan de mijn is een ervaring die ik niet snel zal vergeten. Stap maar in, als je durft, en ga met ons de mijn in.

TRANSLATE