Blog

Waar zijn ze dan?

Vanaf Coyhaique houden we de vaart erin. Het gladde asfalt van de Carretera Austral lacht ons toe. We passeren plaatsen waar we vorig jaar ook waren, gaan nog even langs in Puerto Aisen om de verse zalm te proeven, en voorbij Puerto Cisnes, tot we op onbekend terrein arriveren. Het regenwoud van Nationaal Park Quelat doet zijn naam eer aan: het regent en de lucht is grijs. We laten de hangende gletsjer van Quelat maar in de mist hangen en rijden door tot La Junta.

In la Junta is het gestopt met regenen en als de zon doorbreekt  loopt de temperatuur flink op. Wij maken een tocht door de ongerepte valleien rondom La Junta en zijn op zoek naar de vrouwen met groene vingers die er in kassen groenten verbouwen. Zij staan wekelijks met hun waar op de markt maar het is geen marktdag vandaag. Hoe we ook zoeken in de vallei, we treffen de tuinvrouwen niet thuis. Wel zien we hun kassen, maar die zien er verlaten uit. Met al die blaffende honden aan kettingen durven niet over de houten hekken te klimmen om er een kijkje te nemen. Geen knapperig verse groenten dus, wel een prachtige tocht door een landelijk gebied waar de bewoners doorgaans weinig toeristen ontmoeten.

Na La Junta volgen we de rivier de Palena op weg naar Raul Marin  Balmaceda, waar we ons Robinson Crusoe wanen op het verlaten strand en fantastische verse krabbenpootjes eten in het enige restaurantje in het dorp. We spreken de energieke eigenaar die vertelt dat de gemeenschapszin zelfs op dit verlaten eiland achteruit holt nu iedereen zichzelf meer en meer weet te redden mbv internet en sociale media. Voorheen had je je buren echt nodig en die wederzijdse afhankelijkheid zorgde voor verbondenheid. Hij is van plan om de jongeren uit de provincie meer met elkaar te verbinden, door samen muziek te gaan maken. Samen plezier maken is het uitgangspunt zegt hij, en ik heb er alle vertrouwen in dat het hem gaat lukken.

Na Balmaceda trekken we noordwaarts om het park Pumalin te bezoeken, het eerste private natuurpark dat Douglas Tompkins samen met zijn vrouw Kris creëerde, door steeds meer aangrenzende stukken land te kopen in dit prachtige gebied met de oeroude Alercebomen. Hij stuitte aanvankelijk op veel verzet bij de plaatselijke bevolking. Hun stichting  Tompkins Conservation heeft sindsdien vele prachtige natuurgebieden gecreëerd door het vee te weren en de oorspronkelijke vegetatie te herstellen en inmiddels is het verzet grotendeels verstomd.  Misschien ook wel omdat Doug en Kris (Douglas is inmiddels overleden) de parken uiteindelijk overdragen aan de Chileense regering. Toch creëert het beschermen van bv. de puma problemen omdat deze roofdieren ontdekt hebben dat de schapen bij de “buren”  een gemakkelijker prooi zijn dan de guanaco’s waar ze flink achteraan moeten rennen. 

Omdat de veerboten naar Chiloe  en naar Hornopiren zijn volgeboekt, gaan we een omweg via Argentinie maken om uiteindelijk via de meren het eiland Chiloe te kunnen bereiken. Het wordt een lange rit eerst langs de snelstromende rivier de Futeleufu, daarna langs heel veel kilometers bos en een paar hele grote blauwe meren van Nationaal Park Los Alerces. Voor mensen met een druk hoofd zijn al die tinten groen waarschijnlijk zeer rustgevend, maar wij zijn blij als we terug zijn op de pampa met zijn open luchten en wuivende grassen. We houden vooral van de  “lege” gebieden met verre horizonnen. Die grote blauwe plassen water, tussen hoge groene bergwanden, tja, daar word ik zo slaperig van. Dat belooft wat, want we komen straks in het merengebied Los Lagos.....

Na een tussenstop in Cholila waar we de geschiedenis van Butch Cassidy en zijn Wild Bunch induiken, zijn we nu in El Bolson, een voormalig hippiedorp. Echte hippie’s zie ik niet veel, al doen de blije meisjes die bij de stoplichten hun zelfgebakken broodjes aan de wachtende automobilisten proberen te slijten, in de verte nog wel aan de bloemenmeisjes van de flowerpowergeneratie denken. Hip zijn nu vooral de ambachtelijke bierbrouwerijen die hier als paddestoelen uit de grond schieten.

We rijden Bariloche voorbij en stoppen in Villa La Angostura, een dorp voor rijke toeristen, waar we vanavond bij de broer van Maxima gaan eten.

TRANSLATE